Arie Jan Verheul (75)
Kapitein
De helft van mijn familie van vaderskant voer. Allemaal machinisten. Mijn oom, die hoofdmachinist was, adviseerde me om stuurman te worden, want in de ‘vetput’, een oneerbiedig woord voor de machinekamer, zie je niet zoveel. Dus mijn keuze viel op de brug. Daar heb ik nooit spijt van gehad.
Ik ben 17 jaar kapitein geweest en ik vond het varen nog steeds leuk toen ik met pensioen ging. Andere plaatsen bezoeken en de veelzijdigheid: techniek, navigatie, problemen oplossen en het sociale. Je hebt een volledig bedrijf onder je, tot en met de huishouding aan toe. Dat zou ik gemist hebben bij ander werk. Ik bezocht de zeevaartschool met een beurs van Shell en ik heb altijd bij Shell gewerkt, waarvan 33 jaar in Nederland en de vier laatste jaren voor Shell in Engeland.
Ik heb heel vaak op de Nieuwe Waterweg en het Scheur gevaren. Het is geen moeilijke rivier om te bevaren. Goed overzichtelijk en goed aangegeven. We hadden ook altijd een loods, want dat is verplicht. Heel veel keren deed ik het navigeren grotendeels zelf en had ik een gezellig praatje met de loods. Bij sommige dingen, zoals achteruit de Tweede Petroleumhaven in, was het fijn om iemand mee te laten kijken.
Rotterdam was voor mij dé haven. Het thuiskomen begon al in het Engelse kanaal, als je na maanden weer in Rotterdam aankomt. Dan hadden we ‘kanaalkoorts’ voor thuis. Dan keek je uit naar je familie. Als je de pieren binnenvoer, voelde dat als thuiskomen.
De zee blijft altijd trekken. We hebben nog een goede vereniging van oud-personeel. We zijn altijd aan de Nieuwe Waterweg voor onze reünies. Het blijft altijd leven op die manier. Ik heb een buurjongen en twee neven geïnfecteerd. Die zijn ook gaan varen. Ik vind het leuk om ze te volgen. Dat gaat dan via internet. Dan zie je hun posities, waar ter wereld ze ook zitten. Dan beleef je het zelf ook een beetje terug.